- omsluiten
- {{omsluiten}}{{/term}}1 [insluiten] enclose ⇒ surround2 [bevatten] enclose ⇒ envelop3 [omklemmen] close about ⇒ clasp♦voorbeelden:1 een omsloten ruimte • an enclosed area
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.